Proces Limite Limite , 1998
Limite Limite was niet gestart als een lokaal ontwikkelingsplan van onder uit. Toch mocht het daarvoor op lof rekenen van lokale gemeenschappen, de academische wereld en internationale pers, en waarvoor het van de Vlaamse Gemeenschap de Thuis in de Stad Prijs ontving.
In 1998 hadden bewoners van de Brabantwijk in Noord-Brussel er genoeg van om ieder ongebruikt terrein in hun straat te zien veranderen in een stort. Ze vroegen City Mine(d) om zich erin te mengen. De organisatie had op dat moment een reputatie voor het veranderen van slechtgebruikte terreinen in kleine parken (Schaarbeek, 1997) of sportveldjes (Kureghem, 1998), altijd met buurtbewoners, liefst in guerrilla-stijl.
Een voorgestelde site in de Dupontstraat in Schaarbeek was het fysieke litteken van een cynische jaren 70 steenbouwkunige list: de lokale overheid geleid door burgermeester Roger Nols (zoek hem maar eens op!) kocht hoekhuizen op in de buurt, om ze vervolgens af te breken. Eenmaal regen en wind ingevreten hadden in de aanpalende woningen (en in hun vastgoedprijs), kocht de gemeente de hele huizenblok op om hem daarna te ontwikkelen als kantoren als deel van het business district Manhatten-North. Als bonus werd in dezelfde beweging ook de bevolking van meestal vreemde origine verwijderd. Althans dat was het plan. Het onderschatte echter de mate waarin mensen in staat zijn om toch te leven in erbarmelijke woonomstandigheden. In 1998 waren er nog steeds heel wat huizen zonder stromend water (tenminste niet uit de kranen) of verwarming, sommige misten zelfs ramen. Heel wat gelijkvloerse verdiepingen werden gebruikt voor raam-prostitutie. En met geen zicht op verbetering.
Lokale ontwikkeling was in een patstelling verzeild geraakt. En de site was amper 40m2 groot. Dus eerder dan een groene ruimte te voorzien om illegal storten te ontmoedigen, startte City Mine(d) een ambitieuser plan. Door middel van een architecturale interventie op de site streefde het naar een nieuw beeld voor de rosse buurt, terwijl het eigenlijke bouwproces een network van lokale actoren kon samenbrengen. Op termijn zou het netwerk ook de patstelling zelf kunnen aanpakken.
Het uitzonderlijk (en bewust, gezien het ontwikkelde aan de snelheid van de traagste actor, ongeacht wie it was) lange bouwproces ging gepaard met straatfeesten, een buurtkrant in 4 talen, en verschillende andere activiteiten met buurtbewoners. Naast buurtbewoners raakten ook lokale (hoge)scholen, middenorganisaties, handelaars en industrie betrokken, en na een tijd kwamen zelfs de gemeente en de lokale politie aan boord.
In en rond de Toren Limite Limite werden een hele reeks culturele activiteiten georganiseerd, zoals een theaterstuk en verschillende architectuurworkshops. De vooropgestelde levensverwachting van zes maanden werd uiteindelijk gerokken tot vijf jaar. Om te voorkomen dat de interventie uiteindelijk deel zou worden van de pastelling, claimde City Mine(d) de toren terug en verscheepte hem naar Belfast. Daar werd hij door City Mine(d) opnieuw gebruikt om gescheiden gemeenschappen samen te brengen.
Al bij de inhuldiging van de toren begon City Mine(d) te ijveren voor een organisatie die de blijvende erfenis van de interventie kon worden. De organisatie Limite Limite, als rechtspersoon een vzw, was de enige entiteit die allen ie betrokken waren in de ontwikkeling van de buurt samenbracht. Ze bleef 8 jaar bestaan.
De Jury die de Thuis in de Stad prijs 2002 toekende, schreef: ”De “rizomatische” planning van het project Limite Limite is een interessante aanvulling op de klassieke stedelijke en gewestelijke planning (GEWOP, GEMOP). Limite Limite heeft ook de Brabantwijk weer op de politieke agenda gezet. De gemeente Schaarbeek stond twee wijkcontracten toe aan de buurt, en de Gemeente Sint-Joost ten Node nog een.”
Lees ook: